donderdag 6 september 2012

Mam! Had zij kanker?

Ik had m goed geïnstrueerd en hij deed enorm z'n best. Eén meter dertig hoog ongeveer, hij kon goed bij de bel. Telkens als de deur openging, zei hij conform het script: goedenavond, heeft u iets over voor de kankerbestrijding? Prima voor de omzet van een collectebus, zo'n zevenjarige. Het was een lange straat en na een tijdje werd ie het zat. Begrijpelijk, maar onhandig. Hij werd balorig, verstopte zich achter mijn rug, vroeg om een snoepje in plaats van 'iets over voor de kankerbestrijding'. 

Maar de rolverdeling had ook wel weer iets. Ik ben aan het begin van het collecteren altijd wat verlegen. Hij niet. En als hij het zat wordt, kom ik net op stoom. Word ik nieuwsgierig wie er woont en of ie open doet. Of juist niet, terwijl er overduidelijk iemand thuis is. De vitrage beweegt op de eerste verdieping en net als je omhoog kijkt, zie je een betrapt hoofd zich terugtrekken. Maar ze doen lekker niet open. Huu, vreemd volk.

Een paar deuren verder, na een pakje sap en een krentenbol, volgde een regelrechte Koot & Bie scène: ik bel aan, wacht. Hoor gepruts met toch zeker drie nachtsloten. De deur gaat op een kier en net boven het kettinkje van het slot een mannenhoofd van middelbare leeftijd, haar strak over het hoofd gekamd, messcherpe scheiding. Ik was aan de beurt dus zeg braaf: 'goedenavond, heeft u iets over voor de kankerbestrijding?' Verschrikte ogen kijken me aan. Stilte. En dan een gehaast: even aan mijn moeder vragen. Blam! Deur dicht.

We gingen verder en net toen ik dacht 'goh, hier moet statistisch gezien ook iemand met kanker wonen, deed ze open. Een lief grijs gebogen vrouwtje. Ze gaat langdurig op zoek naar haar portemonnee. Aan die scène was ik inmiddels gewend, (best veel mensen hebben trouwens een jampot met kleingeld op de kapstok staan, best handig). Ze stommelde terug naar de deur en zei krakerig: 'kind... natuurlijk geef ik, ik heb het zelf ook.' Ik schrok. Toch nog onverwacht. 'Darmkanker, maar het gaat nu wel hoor'. Ik zei iets belachelijks als 'goh wat erg en wat ziet u er nog goed uit'. Ze gaf gul. De zevenjarige verschanste zich doodstil achter mijn rug. 

We liepen de voortuin uit en hij zei verschrikt: 'Mam! Had zij kanker?'
'Ja.'
'Is dat besmettelijk?'
'Nee, schat.'
'Oh, maar hoe krijg je het dan?'
'Ehmm, dat moet mama ff googelen.'

Volgende huis. Aanbellen. Standaard script. Bedankt voor uw bijdrage, fijne avond. We lopen de voortuin uit. 'Mam, je bent vergeten te vragen of zij ook kanker had!'

Tot en met zaterdag 8 september komen ze nog langs, met bus, warme begroeting en veel dank.